Dit dorp in de gemeente Rendeux strekt zich uit op de rechteroever van de Ourthe tussen La Roche en Hotton.
Marcourt fait partie du comté de Montaigu.
Marcourt fait désormais partie du comté de Looz et de Duras.
Les seigneurs de Walcourt règnent sur Marcourt.
Les seigneurs de Walcourt cèdent leurs droits à la famille de la Marck.
Les comtes de Stolberg et de Loewenstein succèdent à la famille de la Marck.
Marcourt devient une partie du département de Sambre-et-Meuse.
Le village de Cielle fusionne avec Marcourt.
Marcourt devient une commune de la Province de Luxembourg.
Au lendemain du déclenchement de la campagne des 18 jours, dont l’objectif pour les Allemands et la 7è Panzerdivision est la traversée de la Meuse à Dinant, Marcourt est prise. Les Allemands doivent réparer le pont qui a été détruit pour ralentir leur ava
Dix habitants du village sont brûlés vifs en représailles de leur résistance.
Deze kapel werd in 1949 gebouwd en ingehuldigd op de plaats van een oude bakkerij waar 11 mannen uit het dorp door de Duitsers werden verbrand in 1944.
Deze uitzonderlijke locatie, gelegen op een rots van de Ourthe, is al sinds de prehistorie bezet.
Vervolgens bouwden de heren van het graafschap Montaigu daar in de 11e eeuw tot 1413 een kasteel.
De verdwijning van het kasteel volgt op een brand.
Afgezien van enkele nog zichtbare fundamenten, zijn er vandaag de dag niet meer, maar in 1639 werd op hun plaats een pauselijke kapel gebouwd door pater Charles Jamotte. Deze werd ingewijd op 27 september 1660.
Als relikwie is er een stuk van het hoofd van Saint-Thibaut en het Heilig Kruis. Hij is een pelgrim en kluizenaar die stierf in 1066 en heilig verklaard in 1073.
Het hoofdaltaar werd in 1730 geschonken door Jean Ernest de Loewenstein.
Het standbeeld van Christus aan het kruis en de Maagd dateren uit de 17e.
Bij de kapel staat een gebouw voor pelgrims: de kluis. De kluizenaar Fulgence Meunier, van de orde van Saint-Benoît, woonde daar tot aan zijn dood in 1929. Hij maakte de reis driemaal naar Santiago de Compostela op een voetstuk.
De laatste kluizenaar, Jean-Gabriel Lardinois, stierf daar in 1968. Hij leefde van donaties van pelgrims.
Vroeger een hoog bedevaartsoord, vooral op de dag van de aankondiging (25 maart), het Heilige Kruis (3 mei) en het feest van Saint-Thibaut (1 juli), blijft er vandaag die van 1 julllet of de eerste zaterdag van de maand.
Les seigneurs du Comté de Montaigu édifient un château sur la colline en rive gauche de l’Ourthe.
Mort de Saint-Thibaut, pèlerin et ermite.
Saint-Thibaut est canonisé.
Le château disparaît à la suite d’un grave incendie.
L’abbé Charles Jamotte édifie une chapelle castrale à l’emplacement de l’ancien château.
La chapelle est consacrée.
Le maître-autel est offert par Jean Ernest de Loewenstein.
L’ermite Fulgence Meunier, de l’ordre de Saint-Benoît, meurt à Saint-Thibaut. Il a fait 3 fois le trajet vers Saint-Jacques de Compostelle pédestrement.
Le dernier ermite, Jean-Gabriel Lardinois, qui vivait du don des pèlerins, décède à Saint-Thibaut.
De fundamenten van dit 17de-eeuwse kasteel zijn gemaakt van zandsteen. De gevels zijn vakwerk en het dak is bezaaid met dakramen en windwijzers.
Een smeedijzeren kruis grenzend aan de borstwering van de Pont de Marcourt.
Eglise classée du 17è, érigée à l’emplacement d’une ancienne bâtisse, certainement d’origine romane.
La nef de 4 travées est terminée par un chevet à 3 pans.
Deze bron bevindt zich onder de kapel van Saint-Thibaut.
Pelgrims verrichtten daar wassingen door zieke ledematen onder te dompelen of het water ervan te drinken.
Deze picknicktafel staat net achter de kapel en de hermitage.
Deze gezellige picknicktafels grenzen aan het VVV-gebouw vlakbij de kerk.
Een kleine speeltuin achter het VVV-kantoor, vlakbij de kerk.
Deze stèle is opgedragen aan Anne-Josèphe Théroigne de Méricourt, een Luikse politicus geboren op 13 augustus 1762 in Marcourt.
Een adembenemend uitzicht op de Ourthevallei richting Marcourt en Marcouray.