Dit dorp strekt zich uit langs de Ruisseau de Woizin, een zijrivier van de Ourthe, op een hoogte van ongeveer 300 m. Er zijn enkele boerderijen in kalksteen, zandsteen of baksteen.
Duitse troepen nemen het dorp in.
De Amerikanen gaan in de tegenaanval. De jagers nemen om de beurt het dorp in een felle strijd. Het dorp is grotendeels verwoest.
Het dorp wordt bevrijd door Amerikaanse soldaten.
Een gedenkteken wordt opgericht ter nagedachtenis aan alle strijders die zijn omgekomen tijdens de gewelddadige gevechten tijdens het Ardennenoffensief. Een straat in het dorp wordt zelfs omgedoopt tot Rue Noël 1944.
Dit neoromaanse gebouw in kalk- en zandsteenpuin dateert uit 1857. Het is gerestaureerd na de grote schade die tijdens de Ardennenoffensief is aangericht.
Dit grote privéterrein dateert uit 1860. Het wordt omgeven door een arboretum met een zeldzame lindeboom, het grootste sequoia van de provincie en een collectie van 150 esdoornsoorten.
Le château est construit par la famille Viot-de Spirlet.
Le château est acquis par la baronne Jeanne de Bonhomme, épouse du baron Charles de Radzitsky d’Ostrowick.
Les troupes d’élite américaines cantonnent dans le château.
Les Allemands prennent possession du château et des dépendances. Une bataille fait rage 3 jours durant dans le château.
La famille Radzitsky, propriétaire, quitte le château pour se réfugier à Bourdon.
Un étage est enlevé à l’ensemble, dans le cadre de grandes transformations orchestrées par l’architecte Francis Bonaert.