Deze plek gehuld in obscure legendes en daterend uit de middeleeuwen was ooit bewoond. Dit gehucht omvatte een paar huizen.
Dit gehucht lag op het grondgebied van de Heer van Durbuy.
Hij jaagde op wild met getrainde haviken.
Hij stuurde een valkenier om in zijn jachtgebied te wonen.
In de volksmond werden haviken "oysels" genoemd.
De voornaam van deze plaats was "L’Ayre de l’Oysel".
Daarna werd het in de loop van de tijd achtereenvolgens omgevormd tot "L’Ai d’Louche", vervolgens "Laid Ouhai", vervolgens Laide L’Oiseau in 1791 en tenslotte Laid l’Oiseau of Laidloiseau.
Prehistorie : voor -3000 (eerste geschriften)
Oudheid : -3000 tot 476 (val van het West-Romeinse rijk)
Middeleeuwen : 476 tot 1453 (val van het Oost-Romeinse rijk)
Moderne tijden : 1453 tot 1789 (Franse Revolutie)
Hedendaagse periode : 1789 tot 1945 (Einde van de Tweede Wereldoorlog)
Recente geschiedenis : 1945 tot heden
L’Ayre de l’Oysel est habité par le fauconnier du seigneur de Durbuy.
La veuve d’une famille d’égorgeurs, la Veuve Lamarmite vient trouver refuge à cet endroit.
Il sert également de refuge aux réfractaires des armées de Napoléon ainsi qu’aux bandits sous le régime hollandais. Des charbonniers, des agriculteurs et des berge
L’ancien hameau acquiert le nom de Laide l’Oiseau.
Des maquisards du groupe Byl avec des infirmières sont surpris par les troupes allemandes en retraite.
Ces derniers incendient le village à la grenade mais les habitants sortent indemnes des fusillades.
Monsieur Georges Godfroid, qui habite Erezée, redresse les ruines d’une bergerie du hameau disparu.