Monolithische kwartsiet revinien (zeer harde steen van 500 miljoen jaar oud) wordt ook wel "Li big pie de Hoûssé" genoemd, de naam van de flank van deze vallei.
Het was 3,70 m bij 2,60 m lang en 60 cm hoog en werd rechtgetrokken in 2001.
Het rust horizontaal op de grond, die rondom wordt gegraven. Het bovenoppervlak is redelijk vlak, maar het is hier en daar uitgehold op een conchoidale manier (die de vorm heeft van een schelp).
Sommigen zijn controversieel authentiek en zien het als een authentiek hunebed omdat het volgens bepaalde astronomische gegevens is georiënteerd. Anderen zien het als toeval.
De hunebedden getuigen van het tijdperk van gepolijste steen, een neolithische beschaving met een in wezen agro-pastoraal karakter, die hier zijn hoogtepunt bereikte 2300 jaar voor Christus (pre-Keltische periode).
Het is niet bekend of het astronomische waarnemingen, rituele offertafels of waarschijnlijker grafkamers waren.
In een hoek van het bovenvlak van de steen lijkt een vreemd teken in de vorm van een haak gegraveerd. Het kan het in Bretagne bekende teken zijn dat de primitieve ploeg (ascia) voorstelt, symbool van sedentarisatie.
Théodore Britte, fontainier à Verviers, dégage la pierre des bruyères et des fougères qui envahissent le site en jachère. Britte fait part de sa découverte à Elisée Harroy, directeur d’école normale, féru de préhistoire, qui y voit aussitôt un dolmen et
La dalle est redressée au prix de gros et délicats efforts. Les géologues ne sont toujours pas convaincus.
Deze aanzienlijke opeenhoping van Revinische kwartsietblokken, bestaande uit ronde tertiaire zandsteen, secundaire vuursteen en puin van phyllade, strekt zich uit over meer dan 700 m. De hoogte daalt van 510 naar 540 m.
Deze grote platte rots van ongeveer vijftien meter breed ligt in een kleine inham aan de Hoëgne en trekt in de zomer veel zwemmers aan.
De steen van de heks in Wallonië, oude plaats van de sabbat volgens de legende.