Een houten loopbrug, ter vervanging van de oude spoorbrug die ooit Gorcy met Signeulx verbond.
Een groot deel van de producten vervaardigd in de fabrieken van Gorcy passeerde deze brug die de goederen van of naar België vervoerde, over een traject van 4,7 km.
De lijn tussen Signeulx en Gorcy wordt gelegd.
De laatste trein getrokken door een diesellocomotief 5304 en het vervoeren van garen uit Normandië gaat naar de Gorcy-fabriek.
De lijn wordt ontmanteld.
De voetgangersbrug wordt ingehuldigd op de GR 570, waardoor wandelaars de Chemin des Mines de Fer kunnen passeren.
Dit pad loopt door 7 vijvers in de Zigomars-vallei. Het zijn elfen die de feeën beschermen, wiens grot iets verder naar het noordoosten ligt. Kunstenaars hebben er hun poëtische werken gebouwd.
Deze 4-zijdige zandstenen calvarie dateert uit de 18de eeuw. Op de gezichten staan de beeltenissen van Sint Maarten, Christus de Verlosser en de Maagd Maria.
Deze neoklassieke kerk werd gebouwd in 1842. De toren zelf dateert uit 1880.
Deze kerk in kalksteenpuin werd in 1837 gebouwd naar de plannen van architect Bauchet uit Briey. Het werd vergroot - transept, koor en sacristie - in 1896 volgens plannen van Lanternier, een architect uit Nancy.
Deze kerk in neogotische stijl met 3 beuken werd tussen 1905 en 1907 gebouwd naar de plannen van de architecten Van de Wijngaert en Rodesch in plaats van een ouder gebouw.
Vanuit zijn positie aan de grens van de Frans-Belgische grens wordt het stadhuis stadhuis genoemd.
Dit museum onder leiding van Jean-Claude Noben vertelt de geschiedenis van de mijnbouw en metallurgie in de regio Lotharingen, die 100 jaar lang van welvaart genoot dankzij de productie van gietijzer.
Deze picknicktafel bevindt zich op de oude spoorlijn tussen Signeulx en Gorcy. We brengen hulde aan de kleine hut van Emile Gillard en Fernand Depiesse die een kleine vriendelijke stop langs de route bood.
Een kleine opmars van de vlonders om het moeras te observeren.
Dit privé-natuurreservaat strekt zich uit over de stad Musson en de Franse stad Gorcy.
Het werd in 1968 opgericht als onderdeel van het beschermingsprogramma voor kiekendief. Het heeft een oppervlakte van 41 ha.